Open brief van Conny Larsson
aan Sai Baba
Oktober 25.2000
SATHYA SAI BABA
PUTTAPARTHI, INDIA
Deze brief draag ik op aan alle oprechte zoekenden in de wereld, voorheen en thans, die hun leven moedig opofferen terwille van de waarheid.
Aan hen, die niet hun kop in het zand steken om hun onkreukbaarheid te beschermen. Aan hen, die vereenzaming, werk, vrienden en reputatie riskeerden door naar buiten te treden met hun ervaringen terwille van de nietsvermoedende zoekenden die in gevaar verkeren door binding te hebben met de Sathya Sai Organisatie of met Sai Baba in eigen persoon.
Aan Sai Baba
Ik ben Conny, de Zweedse jongeman die op 15 maart 1978 naar u toekwam, die deze brief schrijft. Ik schrijf u rechtstreeks, omdat ik weet dat ik u niet kan bereiken via uw eigen organisatie, daar zij weigeren de feiten te bekennen waarvan de hele wereld zich thans bewust wordt.
Als u mij toevallig bent vergeten, zult u mij misschien nog kunnen herinneren als de "krukkenjongen", of misschien ook als Sathya, zoals u mij eens noemde tijdens een open interview, niet vermoedend welk een diepgaande betekenis dit in de toekomst zou krijgen. Die naam (Sathya) is mij altijd bijgebleven en heeft mij steeds aan de waarheid gehouden, zelfs wanneer ik in de verzoeking kwam snel voordeel te behalen.
Toen ik in 1978 bij u kwam, was ik er wanhopig aan toe vanwege het feit dat ik mijn meester Maharishi Mahesh Yogi in 1976 had verlaten, hoofdzakelijk wegens organisatorische redenen. Gedurende de tijd dat ik bij hem was, werd ik zijn persoonlijke secretaris en vond ik het een heerlijke plichtsvervulling een heilige met de beste bedoelingen te dienen. Onder zijn leiding ontwikkelde ik me in Rishikesh (1969) tot meditatie leraar in de eeuwenoude Shankaracharya traditie. Zijn eigen leraar was Shankaracharya uit Jyotir Math.
In de jaren 76-78 immigreerde ik naar Sri Lanka, hetgeen was toe te schrijven aan de schoonheid en de invloed die het Boeddhisme in mij had verwezenlijkt.
Ik veranderde van beroep en ging strandbungalows bouwen die aan eminente kopers van over de gehele wereld werden verkocht. Tenslotte moesten alle ministers worden omgekocht om toestemming te verlenen en contracten getekend te krijgen. Toen mijn geweten mij zei dat dit absoluut een foute zaak was, kon ik hiermee niet verder gaan en daarom trok ik mij langzamerhand uit de zaak terug. Terwijl ik nog steeds trachtte op het spirituele pad te blijven, zag ik, wonder boven wonder, uw naam en foto in een kleine hut op het strand van Beruwale en men raadde mij aan om naar India te gaan.
En dat deed ik na met verschillende mensen over u te hebben gesproken. Mijn verwachtingen waren hoog gespannen. De mensen met wie ik sprak prezen uw glorie en vertelden mij dat u in staat was voorwerpen eigenhandig te materialiseren. Zij vertelden ook dat u een AVATAR was. Sommigen zeiden dat u een incarnatie van de bekende Shirdi Sai was. En ook dat u God in menselijke vorm was.
Toen ik tenslotte na twee reisdagen in maart 1978 in Puttaparthi aankwam, was ik volslagen uitgeput en het was toen 42 graden Celsius in de schaduw. Er waren toen niet veel mensen. Ik schat ongeveer 1500 totaal en gedurende de darshan (het zien van een goddelijk persoon) kwam u direct naar mij toe en zei: 'O, dus je bent er nu! Waar kom je vandaan?' Ik antwoordde: 'Uit Zweden, meneer'. U zei: 'Nee, nee, jij komt uit Sri Lanka'. U glimlachte en liep weg, mij volkomen ontsteld achterlatend. Toen ik u zag, was ik zeer onder de indruk van uw verschijning en de buitengewone persoonlijkheid, die u was naar men zei. Hierna werd ik overgelaten aan mijn eigen fantasieën.
Tijdens mijn verblijf van vier dagen doolde ik wat rond in de ashram, las boeken en luisterde naar de lofprijzingen en de verhalen die u in de hoogte staken als 'God Zelf'. De propaganda was indrukwekkend en werd gemaakt op een vriendelijke en prettige manier. Na de darshan kregen we het allerbeste vegetarische eten, nog steeds verwonderd na het maken van de heilige as (vibhuti), dat u verscheidene malen herhaalde.
Voor u leek het allemaal zo eenvoudig, en u glimlachte altijd tegen mij en ik, zoals iedereen, kreeg u lief als 'de goddelijkheid in menselijke vorm'.
Hierdoor gezegend, keerde ik terug naar Sri Lanka en vond dat dit een nieuwe weg voor mij was. Ik vond het nu niet belangrijk meer met het bouwwerk op Sri Lanka door te gaan. Een Zwitserse maatschappij, die het wilde overnemen, bood mij voor mijn zaak 22 miljoen USS.
In 1978 ben ik verscheidene malen bij u geweest en wilde ik voorgoed in Puttaparthi gaan wonen om dicht bij u te zijn. Ik wilde de zaak verkopen voor het bouwen van een nieuw ziekenhuis voor armen en bezoekers die in nood verkeren. Ik was bereid alles aan de organisatie te schenken als u dat had gewild. Het enige wat ik belangrijk vond, was om dicht bij u te zijn.
Weldra riep u mij voor verscheidene privé-interviews en ik werd een veelbesproken persoon in de ashram. Maar de overige devotees wisten niet wat er tussen u en mij in de binnenste interviewkamer gebeurde. Zelf besefte ik het ook niet. Ik geloofde u toen u zei dat u God was en dat u mij hielp met mijn problemen, door te zorgen voor mijn kundalini-proces. Ik vond dit vreemd, omdat u dit deed door mijn geslachtsdelen te betasten en soms met olie in te smeren. Later, door mij te masturberen en mij te vragen bij u hetzelfde te doen. Ook pleegde u verscheidene malen orale seks bij mij. U scheen daar altijd heel erg van te genieten. Toen u mij vroeg orale seks bij u te plegen, deinsde ik terug, hetgeen te wijten was aan mijn achtergrond als gemolesteerd kind.
De vriend van mijn vader, die alcoholist was, molesteerde mij op vrijdagavonden, toen ik tussen vier en acht jaar oud was. U was vriendelijk genoeg om niet nog meer bij mij uit te halen. In plaats daarvan ging u door met orale seks op mij te plegen tot 1983. Ik was toen 34 jaar geworden en buiten de zone van uw seksuele belangstelling gevallen. Toen ik kind was en werd misbruikt, reageerde ik altijd door te doen wat mij werd gezegd, teneinde mijn leven te redden. Dus toen u voor de eerste keer voorzichtig met uw hand mijn geslachtsdelen betastte, reageerde ik instinctmatig en sloot ik de deur naar mijn diepste geweten. Ik luisterde niet langer naar mijn innerlijke stem, omdat ik uw goddelijk imago niet wilde verliezen.
Alle mensen met wie u zich had ingelaten, deden hun uiterste best om van u een imago als zijnde God te vormen. Een God die op aarde woonde tengunste van de mensheid. Men dacht dat u zuivere liefde was en niets anders wenste dan de mensheid vreugde te bereiden. Onnozel als ik was, geloofde ik deze gedachte volkomen.
Ik wil u nu enkele vragen stellen!
Was u zich bewust van de angst die u in mij opriep toen u mij seksueel misbruikte? Als u dan de persoon bent die u ons wilt doen geloven, kwam het dan niet bij u op dat u, in plaats van mij vreugde en liefde te schenken, slechts angst opwekte tot in het diepst van mijn ziel? Bent u zich bewust van het feit dat ik vanaf dat ogenblik niet langer luisterde naar mijn innerlijke stem en twintig jaar lang een gevangene van u werd?
Sinds die dag bevond ik me volledig in uw handen en u en uw organisatie lieten het daarbij met woorden van liefde en wijsheid. In plaats van te reageren als een normaal mens, ging ik u lof toezwaaien zolang ik wakker was. Was u zich ervan bewust, dat u mij geestelijk en lichamelijk verkrachtte en mij al deze jaren molesteerde?
Ik ging zo ver, dat ik zelfs spiritueel-coördinator van uw organisatie werd. Ik ging naar conferenties, sprak voor de radio, schreef een boek en bracht duizenden mensen aan uw voeten. Over de gehele wereld hield ik lezingen en vertelde ik het prachtige verhaal over mijn relatie met u en uw missie. Overal kwamen mensen naar mij toe en luisterden met honderden, ja zelfs met duizenden tegelijk.
En ik maar denken dat dit mijn plicht was, zoals u mij altijd vertelde. Deze bijzondere band met u was mijn diepste geheim en ik geloofde u toen u zei dat ik de enige was die waardig was dit speciale werk te doen.
Ik was zo opgeblazen van trots door de aandacht die ik van u kreeg, dat ik volkomen mijn werkelijkheidsbesef verloor. Gedurende de tijd dat ik volkomen door u in beslag werd genomen, deed ik mijn zaak in Sri Lanka van de hand. Geruïneerd ging ik, op uw verzoek, in 1980 terug naar Zweden en begon er een tehuis voor drugsverslaafden en criminelen, van welke zeer bekende instelling ik nog steeds de leiding heb.
Gedurende de jaren na 1983, toen uw fysieke betrokkenheid met mij had opgehouden te bestaan, maakte ik me dienstbaar als 'plichtsgetrouwe dienaar' in uw organisatie, zelfs toen de 'waarschuwende bellen' bleven klinken.
Heel veel keren zag ik u bezig met bedrieglijke manifestaties. Heel vaak heb ik u andere jongens zien misbruiken. En ik maar denken dat u mij testte als devotee. Nooit kwam ik op de gedachte dat dit fout was. Voor mij betekende het allemaal een gezegend goddelijk spel. Pas aan het eind van 1986, toen ik verscheidene jongens ontmoette die dezelfde ervaringen hadden, begon ik me af te vragen of dit verkeerd was. Op een keer vroeg u mij om deel te nemen aan een interview in de binnenste kamer, samen met een van mijn patiënten uit mijn instituut. Ik dacht dat u mij wilde gebruiken als vertaler, maar u wilde dat ik deelnam aan seksueel misbruik van de jongen, die toen 23 jaar oud was, blond en knap van uiterlijk. Op de een of andere wijze had u begrepen, dat de ervaringen uit mijn jeugd mijn identiteit hadden verstoord en tweeslachtig hadden gemaakt. En nu wilde u dat ik deel had in uw spel met de jongen. Voordat ik reageerde, duwde de jongen u weg en ging de kamer uit, u en mij daar achterlatend. U haalde alleen maar uw schouders op en zei: 'Jammer! Hij begrijpt nog niet wat sparshan (goddelijke aanraking) is'. Dien ik u nog te vertellen, dat deze jongen naar huis terugkeerde en nooit meer iets over u wilde horen en ook niet terug wilde gaan, zelfs toen ik hem aanbood alle kosten voor hem te betalen? Dien ik u nog te vertellen, dat deze jongen steeds dieper en dieper in een ongeneeslijke depressie terechtkwam. Een depressie die hoofdzakelijk te wijten was aan deze traumatische ervaring en dat hij tenslotte zelfmoord pleegde? En nog steeds maakte mijn innerlijke stem mij niet wakker en bleef ik het trauma uit mijn eigen jeugd uit mijn bewustzijn verbannen.
Had u niet op een andere wijze mij bewust kunnen maken van mijn onderbewuste? Moest u mijn patiënten gebruiken voor uw seksuele aktiviteiten en mij daarbij als souteneur behandelen? Had u dat niet op een spirituelere manier kunnen doen, als u dat had gewild?
Herinnert u zich nog, dat ik in 1980 in Puttaparthi mijn knie had gebroken en ik op krukken naar u toekwam tijdens de darshan van 25 december? Toen u mij naar het tempelplein riep en u mij vroeg om mijn krukken te laten vallen en te gaan lopen en ik dat deed, zodat iedereen het kon zien? Herinnert u zich nog, dat u mij naar binnen riep voor een interview, na het enorme applaus dat u van de mensen kreeg die meenden dat zij een wonder hadden gezien?
Herinnert u zich nog, dat u mij vroeg er niet met anderen over te praten, om hun de gelegenheid te geven hun eigen verhaal te maken en dat gebeurde ook. Sindsdien noemde u mij de 'krukkenjongen' en liet u mij roepen, zodra u indruk wilde maken op een dokter of een minister, enzovoort. Opnieuw gebruikte u mij om de mensen te doen geloven dat u goddelijk was.
Herinnert u zich, dat ik na een paar jaar van afwezigheid naar u in Puttaparthi kwam en mijn verloofde meebracht? Wij kwamen naar u toe om ons huwelijk te laten zegenen. Tijdens een interview vroeg u mij of ik wist wat er gebeurt als boter wordt verhit. Ik antwoordde dat de boter zou smelten. U keek diep in mijn ogen en zei: 'Wil jij smelten?' U verwees naar mijn vriendin als zijnde het vuur. Heel onnozel zei ik: 'Nee, ik wil niet smelten'. U zei toen: 'Jij moet niet trouwen, want jij behoort mij toe. Jij bent met mij getrouwd'. U richtte zich toen tot mijn verloofde en zei haar, mij met rust te laten. Vanzelfsprekend gehoorzaamde zij, zoals ieder ander. Zij bleef in India en werd de maîtresse van uw eigen vertaler, Anil Kumar. Jarenlang hield u haar in India, terwijl u haar te kennen gaf dat Kumar van zijn vrouw ging scheiden en met haar zou trouwen. Elke dag schreef zij brieven aan u, die u tijdens de darshan ontving en waarin zij telkens weer over deze man vroeg. U zegt altijd dat u alle brieven zelf leest. Waarom antwoordde u niet dat zij nooit met deze man zou trouwen? Al deze jaren werd zij gebruikt, zoals wij allen, voor uw eigen genot. Zij ging in heel India over de tong en u deed eraan mee door de vrouw, waarmee ik wilde trouwen, te vernederen ter wille van de seksuele wensen van uw eigen vertaler. Toen ik na een paar jaar dit vernam, kwam ik tussenbeide en uiteindelijk verbrak zij de relatie met Kumar. Naderhand werd zij bedreigd met de dood en gedwongen te zwijgen. Zij woont nog steeds in Puttaparthi, volkomen verstoten vanwege hetgeen haar is overkomen.
Was het werkelijk de moeite waard de liefde tussen twee jonge mensen te vernietigen? Hen van elkaar te scheiden en een van hen weg te schenken als maîtresse voor een oude man, die al een vrouw en twee kinderen had? Met welke bedoeling deed u dit, Baba? Wat won u er uiteindelijk mee? Wij, de u toegewijden, geloofden werkelijjk in het programma van de vijf menselijke waarden, dat was samengesteld door Dr. Gokak en opgenomen in uw leer. In de hele wereld openden wij scholen om kinderen te onderwijzen en op te voeden voor de aanstaande nieuwe wereldorde, waarbij u onze leidsman zou zijn in deze wrede wereld. Allen kwamen wij met open hart naar u toe en schonken onze diensten aan wat wij dachten dat het de zuiverheid zelf was. Geïncarneerde onbaatzuchtigheid en God op aarde. Wij allen waren volkomen overtuigd.
Jaren gingen voorbij met geruchten, dat u bedrog pleegde met uw manifestaties en ook dat u in toenemende mate seksuele handelingen verrichtte met jonge jongens. Uw eigen studenten, zowel in Brindavan als in Puttaparthi, begonnen ons westerlingen te confronteren met dit onplezierige nieuws over onze God. Over u, Sai Baba!
Langzaam begon ik te begrijpen, te zijn opgelicht door een organisatie, waarbinnen ik me altijd zeer onprettig heb gevoeld en van toen af aan hield ik mijn oren en ogen open als ik in India kwam en speciaal in Puttaparthi. Telkens wanneer ik in India en in Puttaparthi kwam, probeerde ik contact te maken met jongens die naar binnen werden geroepen voor een interview. In die jaren was het vooral een Duitse jongen die vele malen naar binnen werd geroepen. Ik werd met hem bevriend en langzaamaan kwam het hele verhaal boven water. Gedurende de laatste vijf jaar had hij minstens honderd interviews gehad. Toen ik hem vroeg of Sai Baba tijdens die privé-interviews enig spiritueel onderwerp met hem had besproken, luidde zijn antwoord: 'Nee'. Terwijl wij elkaar steeds beter leerden kennen, kwam ik erachter, dat u tijdens de interviews slechts seksuele handelingen op diverse niveaus met hem bedreef. Ogenschijnlijk maakte u de arme jongen duidelijk, dat hij het nodig had om zijn kundalini te verheffen. Ook is mij bekend, dat u de jongen op het hart drukte er met niemand over te praten, in zijn kamer te blijven als hij in Puttaparthi was en alleen maar naar de darshans mocht komen. De arme kerel gehoorzaamde u, behalve wanneer hij met mij kwam praten. De jongen had gemerkt dat u tijdens de darshans dikwijls bleef staan om met mij te praten. Daarom kreeg hij langzaamaan meer vertrouwen in mij en begon met mij te praten, zonder bang te zijn dat u hem zou bestraffen.
Ik vertelde hem mijn hele geschiedenis en verborg niets voor hem. Hij had dezelfde ervaring, namelijk door God te zijn gekozen voor een bepaald doel en dat hij daarop werd voorbereid door uw seksuele activiteiten, waarmee u hem lastig viel. Thans was ik volledig overtuigd dat er werkelijk iets fout was, maar ik wist niet hoe ik uit deze val kon ontsnappen. Toen ik in 1999 weer in India kwam, trof ik daar een jonge Zweed aan die volkomen in dezelfde val was gelopen als de Duitse jongen. Toen besloot ik alles te doen wat ik kon om tot een juist besluit te komen, waardoor ik tijdens de innerlijke storm, die langzaam maar zeker op mij afkwam, stand kon houden.
De jongen die u voorlopig als speelbal had uitgezocht, werd 'mijn oogappel' genoemd, vanwege alle zogenaamde manifestaties die u met hem tijdens zijn acht interviews had uitgevoerd. Hij benaderde mij om te kunnen begrijpen wat er met hem aan de hand was, omdat Dr. Jargon Möölgard uit Zweden, die tevens nationaal coördinator van de Zweedse Sai Organisatie was, geen oor had voor de problemen die zij met u hadden, Baba. Hij hielp de arme jongen niet en dus wendde deze zich tot mij. Ik was net met mijn kleine groep in India aangekomen en we troffen daar een grote Zweedse groep aan, die geloofde en daarvan ook verzekerd was, dat hij een zeer bijzondere jongen was, die speciaal door God was uitverkoren. De waarheid was, dat hij, zoals wij allemaal, slechts werd misbruikt voor uw seksuele bedoelingen en bevrediging. Avonden achtereen brachten we door met het vergelijken van onze ervaringen en wij kwamen tot de conclusie dat deze handelingen, waarvan wij het slachtoffer waren, puur van seksuele aard waren. In onze verhouding tot u was er nooit een gesprek van geestelijke aard. Wij werden slechts misbruikt.
Ondertussen 'materialiseerde' u 1000 $ voor hem, opdat hij een ticket kon betalen om in juni 1999 in Kodai Canal naar u toe te komen. U vertelde hem om ditmaal zijn moeder mee te brengen. In totale verwarring keerde de jongen huiswaarts en dat deed ik ook. Hoe het ook zij, ik besloot, wanneer hij weer terug zou gaan, dat ik zou volgen, daar hij mijn hulp had ingeroepen als zijnde een bekende binnen de Sai Organisatie. Ronduit gezegd, ik besloot hem te beschermen om niet verder door u te kunnen worden gemolesteerd. In juni 1999 kwamen wij terug. Zijn moeder ging ook, maar zij zou later aankomen. Wij arriveerden in Puttaparthi en waren op ons qui-vive om er achter te komen wat waar was en wat niet. Het duurde niet lang, of u riep ons naar binnen vanwege uw 'oogappel'. U sprong regelrecht op hem af en flirtte openlijk met hem, zodat andere mensen zich begonnen af te vragen wat er aan de hand was. En na uw tweede en laatste interview met de jongen lag het voor de hand dat anderen reageerden, zich afvragend wat er gaande was. Nu twijfelden wij niet meer, maar terwille van onze eigen veiligheid besloten wij te zwijgen tot wij India hadden verlaten. Deze keer voorgoed, omdat onze relatie met u volkomen duidelijk was geworden. Er bestond geen enkele twijfel meer over uw bedoelingen met ons. Wij werden allemaal misbruikt, en het scheen dat alle leiders hiervan op de hoogte waren, maar zich stil hielden om niet in de publiciteit te komen, of wat dan ook.
Toen wij thuis kwamen, benaderde de 'oogappel' alle leiders in de Zweedse Sathya Sai Organisatie om een bijeenkomst te organiseren, waarop dit in den brede zou kunnen worden besproken om tot duidelijkheid te komen. Ik werd met andere slachtoffers uitgenodigd om te komen en hun verhalen te delen. De bijeenkomst shockeerde de Zweedse Sai Familie en de meeste mensen verlieten onmiddellijk de organisatie en ook u, Sai Baba. Sommige mensen accepteerden de waarheid niet en bleven lid. Zij werden de nieuwe leiders van de organisatie.
Sedertdien verspreidt het verhaal zich over de gehele wereld en de slachtoffers treden overal uit de schaduw, meestal met hetzelfde verhaal over u. Over de hele wereld komt uw naam en uw organisatie in de schandaalbladen terecht. Er is geen weg terug en uw naam en uw reputatie zal altijd zijn: 'De man die zichzelf de avatar der avatars noemde, maar die slechts een gewoon mens bleek te zijn met seksuele verlangens naar jonge jongens. De man die de hele wereld bedroog door het gebruiken van de naam van God, terwijl liefde in zijn vaandel stond. De man die de kennis en de wijsheid van anderen gebruikte als zijn eigen kennis en wijsheid en zich voordeed als lichtend leidsman der mensheid. Maar uiteindelijk ontmaskerd door de onschuldigen die hij molesteerde'.
Toen u mij Sathya (waarheid) noemde, scheen u niet te weten met wie u had te doen. In mijn jeugd werd ik bedrogen door volwassenen, raakte mijn stem kwijt en kon niet spreken, maar ik kon God bidden om hulp. Het duurde jaren. Verschillende wegen werden bewandeld, zelfs de uwe, maar uiteindelijk triomfeerde de waarheid en kwam ik weer terug bij mijn eigen innerlijke stem en bij mijn relatie tot de God-in-mij. Deze getuigenis leg ik nu af voor alle mensen op deze aardbol, speciaal voor jonge jongens en hun ouders. Om hun kinderen nooit naar Puttapathi te laten gaan of naar een plaats waar u, Sai Baba, verblijft, daar zij allen het risico zouden lopen om op het altaar van uw seks te worden geofferd, Baba.
U zou misschien kunnen zeggen dat zulks in India cultuurbepaald is. Het spijt ons, maar ons antwoord hierop is dat zelfs u de wetten van uw land dient te gehoorzamen, zoals u zelf ons vertelde om dat te doen. Cultuur of niet, wij in het westen zijn blij u te kunnen vertellen dat wij het Sanathana Dharma (eeuwige waarheid) hoog zullen houden; zelfs als uw mensen er zich niet om bekommeren, zullen wij de 'Heritage of Bharat' (de erfenis van India) in bescherming nemen. Deze brief wordt rechtstreeks door mij aan u geschreven en zou, indien noodzakelijk, als beëdigde verklaring kunnen worden gebruikt voor elk gerechtshof ter wereld dat de kwestie zal vóórbrengen. Ook ben ik blij u te kunnen vertellen, dat ik als eerste getuige zal optreden, wanneer ik daartoe zal worden opgeroepen. Ik wil niet langer achter het 'gordijn der schande' verscholen blijven, en dat willen honderden andere jongens van over de hele wereld evenmin.
Wij vragen u, Baba, om de verklaring dat U God op aarde bent, in te trekken, en aan iedereen te bekennen dat u hen aldoor hebt bedrogen. Dat u maar een gewoon mens bent met verlangens die vervuld willen worden, zoals een ieder van ons die heeft. Het trachten uw homoseksualiteit te verbergen, laat zien dat u een zwakkeling bent en niet op de hoogte van wat er in de wereld gaande is. Tegenwoordig hebben we de rechten van de mens namens de Verenigde Naties om de homoseksuele gemeenschap te beschermen. Dat is algemeen bekend. U behoeft zich niet te verschuilen achter een masker van God om uw verlangens te kunnen bevredigen. U hebt zoveel charisma en charme, dat u gemakkelijk in contact met partners zou kunnen komen, zonder jonge jongens en de hele wereld te bedriegen. Wees moedig, Baba, zoals wij. Laat uw angst varen, dan is er zelfs liefde voor mensen als u.
Vol verlangen wacht de wereld erop, dat u van uw troon stapt om de mensheid werkelijk als gelijke te dienen. Mensen die de wereld hebben veranderd, zoals Mahatma Gandhi, Moeder Teresa, Nelson Mandela, Martin Luther King en vele anderen, die het nooit nodig hebben gevonden om zichzelf als God te beschouwen. Wat hen bevredigde was slechts dienstknecht of dienstmaagd te zijn. Is het ook niet ùw gezegde: 'Love all - Serve all' (Heb allen lief en dien allen). En niet: 'Hurt all - Rape all' (Kwets allen en verkracht allen), hetgeen een tendens is die u en uw beweging trachten hoog te houden door openlijk te zeggen dat verkrachtingen en molestaties van goddelijke aard zijn. U bekommerde zich nooit om ons door te vragen wat we voelden en dachten. U vertelde ons wat wij zijn en verwachtte dat wij wat u zei, zouden accepteren. Sorry, maar dat konden wij niet als wij als geestelijke wezens zouden willen overleven.
Nu zeggen wij niet langer Sai Ram. Wij zeggen SHIVA RAM ! Wetend dat de waarheid zal overwinnen.
Met vriendelijke groeten in de hoop op verbetering
CONNY LARSSON
Directeur van het Kärnan Instituut
Tostebo Gods
610 40 Gusum
Zweden
Tel. 0046/123 23048, fax 23015, e-mail adres conny@email.comEen ieder die dit leest en hulp nodig heeft, mag met mij en de Lifeline-groep contact opnemen. De Lifeline-groep is opgericht om iedereen die hulp nodig heeft vanwege het verlaten van de Sai Baba beweging, te ondersteunen.
Deze open brief kan in alle officiële gevallen, als de inhoud intact is en in zijn geheel wordt aangeboden, worden doorgegeven.